dinsdag 2 april 2013

Vertrouwen en transparantie

Als je net een auto hebt gekocht zie je dat type overal rondrijden. Als je met een onderwerp bezig bent zie je het steeds in de media terugkomen.

Vertrouwen, ik schreef er al eerder over.

Ik zag onlangs een programma over de gezondheidszorg. Hoe er steeds meer kosten worden gemaakt voor onderzoeken 'voor de zekerheid', omdat patiënten de artsen niet meer op hun woord vertrouwen, en artsen bang zijn voor klachten en tuchtzaken.

Het ging ook over een initiatief waarbij artsen op internet cijfers kregen van patiënten, en dus vergeleken konden worden. Een chronisch patiënt was erg voor die transparantie. Een arts, die zelf uitstekend gescoord had, maakte zich zorgen over de gevolgen van een dergelijke popularity contest.

Ik realiseerde me dat transparantie geen eenduidig begrip is. Het zelf verschaffen van transparantie is een daad van vertrouwen. Vertrouwen in je eigen kwaliteit, vertrouwen dat de ander netjes met die openheid omgaat, en als hij dat niet doet vertrouwen in je eigen vermogen om dat aan te kunnen.
Maar het steeds eisen van transparantie (wat op dit moment in Nederland erg aan de orde is) is juist een daad van groot wantrouwen.

Het gaat er ook niet alleen over wat anderen doen om vertrouwen te kweken. Vertrouwen hebben in anderen is ook iets is waar sommigen meer toe in staat zijn dan anderen. Soms ook heel begrijpelijk, maar in Nederland lijken we daar op dit moment collectief niet zo goed in.

Geen opmerkingen: